Eergisteravond heb ik het perceel voor phacelia eindelijk gefreesd. En gisteren tijdens een regenbui heb ik dan kunnen zaaien. In principe zou dit veld in volle bloei moeten staan binnen 6 weken, dus rond 20 juni. De dracht van de paardenkastanje stelt zich momenteel goed aan. Ook de meidoorn is in volle bloesempracht. De sappige regenbuien hebben deugd gedaan aan de bloesem. De walnoten staan weldra ook weer in volle bloei. Ik zou nu nog zo snel mogelijk het natste perceel willen ploegen en frezen om de mosterd, boekwijt en zonnebloemen te zaaien. Net zoals vorig jaar wil ik die drie planten gelijk inzaaien op hetzelfde perceel. De bloei overlapt elkaar zeer mooi.
Het hommelnest in de vogelschrik is niet gediend van burenlawaai. Dat wisten we al. Maar ook de naaste buren moeten er aan geloven. Zojuist vond ik een nest van een winterkoninkje op de grond onder de jas. De vier eitjes kapot. De buik van de jas zoemde zeer gezapig, alsof ze wilden zeggen: ‘Weg met die onderhuurders!’ Vermoedelijk is het nest gewoon uit de jas gevallen, maar ik kan me niet van de indruk ontdoen, dat de grimmige huurders hun buren gewoon hebben buitengewerkt.