Update tuinvolk

Het apideakastje heb ik nu verwijderd. Het is ondertussen vervangen door een honingruimte. Een ruimte waar de bijen hun opgehaalde nectar zelf mogen oppotten.

Het kastje bevat slechts zes broedramen en dit is zeker zwermbevorderend. Ik ga de bijen daarom wat meer werk geven. Ze moeten hun honing maar zelf in de pot doen.

In plaats van deze plastic bak moet ik nog een houten exemplaar maken om de hitte beter buiten te houden.
Ik heb een klein strookje was voorzien als start.

Dit weekend ontneem ik dit volk ook nog broed om een broedaflegger te maken. Ook op die manier geef ik ruimte en vermindert de zwermneiging.

Wekelijkse controle bijenvolken

Ondanks het rampzalige weer dit voorjaar gaat het leven in het bijenvolk wel door. Door het slechte weer komen de bijen minder vaak buiten en zijn de kasten veel dichter bevolkt. Dit is natuurlijk zwermbevorderend zoals ik al tweemaal heb beleefd de voorbije weken. Gelukkig zijn mijn koninginnen geknipt waardoor ik de bijen zelf niet kwijtraak. Maar dan moet ik natuurlijk wel de zwermcellen opvolgen. Ook in meerdere volken vond ik vorige week belegde tot bijna gesloten zwermcellen. Deze cellen worden allemaal gebroken en als ik de koningin tegenkom, maak ik een tussenaflegger. Maar ook hier weer moet dat volk worden opgevolgd. Gelijk hoe koud of nat de dagen zijn.

Daarom deed ik vandaag weer de ronde. Het eerste volk dat had gezwermd, had al een nieuwe koningin. Ik kwam ze tegen maar vond geen eitjes. Misschien is ze zelfs nog niet op bruidsvlucht geweest. Volgende week terug controleren.

Het tweede volk dat had gezwermd, had een pas uitgelopen moerdop. Pas gebeurd want het dekseltje bengelde nog aan de opening. Ik heb dan ook maar de tweede dop opengemaakt en die koningin laten inlopen. Eentje zal overleven en weer wordt het afwachten of er een vruchtbare bruidsvlucht gaat plaatsvinden.

Ik had bij een darrenbroedig volk een raam met eitjes ingehangen van het buurvolk. Er bleek een dop uitgelopen en enkele opengebeten. Centraal in de kast waren de bijen een aantal cellen aan het oppoetsen. Een handgrootte op enkele ramen. Mooi gepoetste cellen. Ik geloof dan altijd dat de bijen deze ruimte al aan het klaarmaken zijn voor de nieuwe koningin die weldra deze cellen komt beleggen.

Bij dit onstandvastig weer volg ik buienradar en de site van het KMI om naar de bijenstanden te vertrekken. Ik controleer ook maar drie broedramen naast het darrenraam wat zeer snel kan. De darrenramen die verzegeld waren, heb ik uitgesneden en de drie ramen daarnaast geven me voldoende info over de toestand van het volk. In geen enkel volk ben ik vandaag trouwens nog belegde zwermcellen tegengekomen. Alsof de bijen ook door hebben dat het weer niet normaal is dit jaar en ze beter nog niet gaan zwermen. Dit is natuurlijk maar tijdelijk want bij de volgende weersverbetering, zal de zwermstemming weer oplaaien.

De uitgesneden darrenramen klaar om te smelten.
De stoomketel om het darrenraat te smelten.
In de bovenzeef hang ik eerst een nylon pantybroekje om de was wat te zuiveren. De larven die hierin achterblijven geef ik morgen aan de kippen na afkoeling.

Muilkorf met geïntegreerde hoornaarval

Ik heb momenteel zes aangepaste muilkorven gemaakt en vanaf eind juli zal ik deze gebruiken naast mijn oud model om ze beter te kunnen vergelijken. Ik plaats mijn muilkorven normaal pas na de darrenslacht vermits darren niet door gaas van 6 mm kunnen. Hierdoor is natuurlijk ook geen bruidsvlucht van een koningin mogelijk. Dus wel even opletten als er nog aan koninginnenkweek wordt gedaan. De aangepaste muilkorf kreeg echter een centrale opening van 11 op 4 cm terwijl de ganse voorkant is gemaakt met gaas van 8 mm. Dit zou de beide voorgaande problemen al kunnen oplossen. Ook is de gaastunnel niet tegen de broedbak aangeschoven maar blijft er een opening van ongeveer 6 mm.

De bedoeling van deze geïntegreerde val is nu dat de hoornaar wel kan landen op de vliegplank en eventueel een bij verschalken. Ze moet worden gevangen in plaats van haar terug te laten vliegen naar haar nest en terug te komen met haar zusters. Als ze nu wil wegvliegen zal dat niet lukken door het gaas van 8mm. Met geopende vleugels lukt dit zeker niet en al helemaal niet als ze ook nog een bij vast houdt. Ze komt bijna automatisch terecht in één van de flessen aan de zijkant via de trechter. Deze zijkant is verder dichtgemaakt met gaas van 6 mm waardoor ze er langs de zijkant al zeker niet kan uit kruipen. De hangende flessen hebben ook een ontsnappingsgat met gaas van 6 mm of een stukje moerrooster waardoor eventuele bijen toch nog weg kunnen.

De eerste week zou ik ook de doppen nog op de trechters laten om de bijen aan te leren niet langs de zijkant te vliegen. Pas na een week verwijder ik dan de doppen en hang de flessen aan de trechter.

Een hoornaar kan nu op de vliegplank landen maar zal slechts moeizaam verder kunnen naar het vlieggat vanwege het gaas van 8 mm. In haar zoektocht zal zij dan verder kruipen naar de zijkanten en in de trechters terecht komen.

De bijen hebben echter meerdere vertrek- en landingsroutes. Ze kunnen omhoog kruipen achter de tunnel tegen de broedbak omhoog en zo ook aankomen. Ze kunnen natuurlijk rechtdoor wandelen door het gaas van 8 mm en vertrekken en landen door de voorste opening van 11 bij 4 cm. Als ze langs hier toekomen, zullen ze ook weinig stuifmeel verliezen wegens de maasgrootte van 8 mm in plaats van 6 mm. Ze kunnen zelfs overal vlot in en uit de tunnel vertrekken en landen.

Aan de voorkant is een opening voorzien van 11 bij 4 cm.
De zijkanten met gaas van 6 mm heb ik bevestigd met enkele straps.
De trechters zijn gemaakt van plastic flessen en de gaatjes heb ik er in gemaakt met een soldeerbout.
Door de gaatjes in de trechter en de mazen van het gaas heb ik de trechter vastgezet met een fijne ijzerdraad.
In de hangende flessen heb ik een gat geboord dat juist past rond de trechterhals.
Ik heb tevens een stukje 6 mm gaas voorzien als vluchtroute voor verdwaalde bijen.
De flessen moeten wel van gashoudende frisdranken zijn. Dit plastic is veel steviger en smelt niet zo snel weg door de hete lijm. Het lukt echt niet met flessen van plat water. Dit plastic is van een andere kwaliteit.

Ik heb momenteel al drie hoornaarkoninginnen gevangen in de selectieve vallen. Ik moet er wel bij vermelden dat ik er vijftien heb geplaatst. Toch geloof ik niet dat dit de oplossing is maar slechts een druppel op een hete plaat. De oplossing zal er eerder in bestaan om de bijenvolken te beschermen tegen deze rover. Met een muilkorf voelt het bijenvolk zich alvast minder bedreigd en blijft het volk over het algemeen actiever. Door deze muilkorf nu te combineren met een val, kan een succesvolle hoornaar niet terug naar het nest om haar collega’s te verwittigen. Wellicht zullen er dan in tegenstelling tot bij onbeschermde bijenkasten, niet elke dag meer hoornaars beginnen voorvliegen. De resultaten van mijn experiment zal ik in elk geval hier ook brengen.

Nieuw bijenvolk in de tuin

Vorige winter is er ook in de tuin een apideakastje blijven staan. In december heb ik het nog behandeld met oxaalzuur en op 9 maart heb ik het op een oud zesramertje gezet. Simpel een houten plaat met een gat en het torentje er in geplaatst.

Voor alle zekerheid heb ik nog wat tape gebruikt om de bevestiging bijendicht te maken.

Gisteren zat de koningin in de zesramer op een deels uitgewerkt raam waarin zich al veel larven en eitjes bevonden. Ik heb dan een stuk moerrooster tussen de twee bakken gelegd waardoor ze niet meer terug kan. Binnen drie weken is al het broed in de apidea uitgelopen en kan ik het bovenste kunstwerk verwijderen. De raampjes zijn dan al deels gevuld met honing die zou kunnen dienen voor de koninginnenkweek dit jaar.

Gisteren de tweede Aziatische hoornaarkoningin in de tuin gevangen.

Nieuw prototype hoornaarval/ muilkorf

Sinds twee jaar gebruik ik een muilkorf op mijn bijenkasten vanaf augustus. Op de vliegplanken die ik toch niet meer gebruikte had ik een gaas van 6 mm gemonteerd. Hierdoor kan de hoornaar niet in de kasten en de bijen zijn veel rustiger. Maar vorig jaar heb ik bij enkele kasten een speciale bodem getest met geïntegreerde hoornaarval. Deze vallen waren veel te duur maar ze deden hun werk zeer goed. Het triplexhout gaat vermoedelijk geen jaren mee, maar de productie zal vrij duur zijn. Ik heb besloten om deze te gebruiken tot ze zijn uiteengevallen, maar ik ga geen nieuwe meer aanschaffen.

Op YouTube kwam ik filmpjes tegen van Fred Soulat met enkele interessante hoornaarvallen. Zijn muilkorf met geïntegreerde val naar een ontwerp van een Spanjaard Fernando vond ik zeer interessant. Hierbij kan de hoornaar wel op de vliegplank achter het gaas maar wordt dan gevangen langs de zijkant in plastic flessen. De houten constructie was wel wat ingewikkelder dan mijn eigen muilkorven maar ik was toch van plan om deze na te maken.

Tot ik onlangs de lessenreeks over de hoornaar volgde van Buckfast Vlaanderen. Hier werd een andere val getoond uit Spanje die eigenlijk zeer simpel in elkaar stak. Alleen wordt ze gebruikt voor een rij bijenkasten en ik plaats mijn kasten niet graag op een lange rij. Maar ik denk dat ik het systeem kan maken voor een enkele kast en dat ben ik nu aan het proberen. Via een Nederlandse online shop heb ik gaas gevonden van 8 en van 6 mm. Voor de kast op de vliegplank komt een gaas van 8 mm met invliegopening en langs de zijkanten gebruik ik een stukje gaas van 6 mm. Aan de zijkanten komen de plasticflessen met een stukje moerrooster om bijen door te laten. Maar de flestrechter ga ik eerst een week gesloten houden met de dop voor ik de flesval er aan hang. Normaal hebben de bijen dan al de juiste uitgang langs voor gevonden.

Het eerste prototype is klaar en zal ik morgen even aan een kast bevestigen ter controle. De fabricage van de val/ muilkorf zal ik duidelijk maken via een filmpje of foto’s zodra ik er meer ga maken.

Meer foto’s om te verduidelijken volgen nog wel.

Eindelijk een dagje zomerweer

Na zes maanden regen eindelijk meer dan twintig graden. Maar de bijen deden natuurlijk in hun kast alsof er niets aan de hand was. Dit jaar had ik wegens de regen besloten om alle voerramen te laten steken en begin maart heb ik alle kasten ook een honingbak gegeven met uitgewerkte ramen. Hierdoor kregen de bijen tenminste ruimte in de kast als ze toch niet buiten konden wegens het slechte weer. En gelukkig dat ik dit zo had gedaan. Ze hebben de voerramen nodig gehad. En telkens er een cel leeg kwam , kon ze worden belegd door de koningin.

Vandaag heb ik dan de volken kunnen controleren. Zeventien in totaal. Vijf heb ik een tweede honingbak opgezet vermits de eerste al vol bijen zat. De andere hadden nog enkele onbezette ramen langs de buitenkant en die kunnen er nog wel een weekje tegen. Ik kwam één volk tegen waar de honingbak nog niet was bezet en hier bleek ook dat er alleen darrenbroed aanwezig was in de broedkamer. Dus darrenbroedig en op te ruimen. Een ander volk had een loodzware honingbak en een begin van verzegeling. Natuurlijk kreeg deze een tweede honingbak maar de verrassing zat hem toch ook in de broedkamer. Meerdere open en zelfs gesloten zwermcellen. Er waren geen eitjes meer te vinden maar nog wel zeer jonge larfjes. Gelukkig was de koningin vorig jaar geknipt en is er dus geen zwerm verloren gegaan. Alle bijen zijn terug gekomen in de kast en waren verantwoordelijk voor de grote hoeveelheid nectar die ze al binnen kwam. Als een volk even geen broed dient te verzorgen omdat er geen nieuwe eitjes worden gelegd, kunnen er veel meer bijen op dracht vliegen. Dit systeem gebruik ik normaal ook voor de zomerdracht.

Wat de toekomstige bruidsvlucht betreft , maak ik me weinig zorgen. Alle volken hadden al darren in de kast rondlopen en bij allemaal heb ik al een gans of een half darrenraam uitgesneden.

Zodra de kruisbessen bloeien, gaat een bijenvolk explosief groeien. Ruimte geven is nu zeker aan de orde.
De onderste helft van dit darrenraam heb ik uitgesneden. Het open broed boven moet nog dienen om varroamijten te vangen.
Twee honingbakken begin april om ruimte te geven.
Nu begint de knotwilg aan zijn bloei, net als de doorbloeiende wilgen.
Ook de esdoorn is aan de bloei.
De kersen staan in bloei. Hier een wilde kers. En weldra beginnen de appels.

Honingzolder

Gisteren heb ik bij acht volken een honingbak opgezet. Bij deze volken waren alle straten bezet en om ze ruimte te geven heb ik ze al een honingbak gegeven. Ik heb het restant voederdeeg weggenomen en een moerrooster gelegd. Hierboven plaatste ik dan een honingzolder met allemaal uitgewerkte honingramen van vorig jaar. Het volk krijgt hierdoor wat meer plaats.

Elf volken waren in prima doen maar de broedbak zat nog niet vol. Deze krijgen waarschijnlijk rond half maart hun eerste honingbak. Op dat moment haal ik ook bij alle volken de overtollige voerramen weg en krijgen ze waswafels in de plaats. Waswafels uitbouwen doen de bijen toch pas als er voldoende nectar binnenkomt en dat is nu nog niet het geval. Meestal is dat hier in de Kempen als de kruisbessen in bloei komen.

Op dat moment hang ik ook de twee overwinterde zevenramers over in een Kempische kast. Ik vul dan de kast aan met vier waswafels en een darrenraam. De lege zevenramers vul ik dan terug met waswafels en zet de overwinterde apidea’s er op. Het volk komt op haar eigen tempo naar beneden en begint daar met de uitbouw van de raten en de koningin gaat aan de leg in deze nieuwe ramen. Drie weken later is alle broed uit de apideakastjes uitgelopen en kan ik ze verwijderen.

Ik kwam gisteren echter ook nog twee volken tegen die veel te klein waren. Die heb ik gewoon op elkaar gezet. Tegen het einde van de maand kan ik dan dit volk op één bak zetten.

Moestuinkriebels

De aardappelen staan licht en fris voor te kiemen.
Broccoli is al ontkiemd.
Rode kool en sla begint al te kiemen.
De eerste erwten en peulen laat ik eerst twee dagen ontkiemen in vochtig milieu boven de radiator alvorens ze in 9 cm potten te planten. Op dat moment gaan de potjes naar de veranda. Ook de zaden die ik later rechtstreeks buiten zaai, laat ik eerst twee dagen voorkiemen.

Het voorzaaien in kleine bakjes en laten opgroeien in 9 cm potjes alvorens de planten in de tuin te zetten is voor zeer veel groenten een enorme voorsprong. De jonge kwetsbare plantjes groeien dan op in mijn onverwarmde veranda. Op een later moment, bij het uitplanten, zaai ik veelal ook nog een portie rechtstreeks in de volle grond. Hierdoor bekomt men een veel vroegere en ook langere oogstperiode.

Dit voorzaaien is alvast een goede remedie tegen de voorjaarskriebels om weer eens te vroeg in de moestuin te beginnen.