14 mei 2014

Vandaag heb ik een gietijzeren handpomp geïnstalleerd aan de moestuin. Momenteel is het wel nat genoeg, maar voor enkele weken was het een ander verhaal. Ondanks het feit dat de moestuin in een gebroekte is gelegen, was het grondwaterpeil gezakt tot 1,20m. Om de moestuin en de bijen van water te voorzien had ik eerst een regenton aan de bijenstal geplaatst. Als het niet regent, is die echter snel leeg en dus had ik maar een put gegraven om water te kunnen scheppen. Deze put was 1,60m diep  en 60cm in doorsnede. De wanden storten echter voortdurend in. Eén van mijn imkerpetekinderen heeft me nu een polyesterbuis bezorgd als putwand. De put kan zo niet meer instorten en ik heb er  vandaag een handpomp naast geplaatst. Onder de pomp komt nu nog een drinkbakje voor de bijen en de wilde dieren. Ze kunnen dan ook niet meer verdrinken in een diepe smalle put.

waterpomp

Vanavond na de laatste stortbui, toch maar een broedaflegger gecontroleerd. Het was ondertussen al de twaalfde dag na het opzetten. Vermits de kast niet thuis staat en het veel te slecht weer was, kon ik niet gaan luisteren naar een tuter. Ik had wel gehoopt om vandaag nog enkele doppen te oogsten voor een apideakastje als reserve. Er was echter al een dop uitgelopen. Enkele doppen waren aan de zijkant opengebeten door de bijen en de anderen bevatten alleen nog dode koninginnen. De tuter had deze doppen al mogen elimineren. Deze productiekast heeft voorlopig nog maar één jongvolk  voortgebracht. Het seizoen is echter nog lang genoeg. Morgen een ander volk controleren om te vroeg gesloten doppen te vernietigen. De doppen die na de vierde dag al gesloten zijn, werden opgezet op larven die ouder waren dan  één dag en dus van mindere kwaliteit. Na 10 dagen kan ik voor de tweede keer de kast openen en misschien enkele doppen gebruiken voor apideakastjes. Ook in dit geval wacht ik niet op tuters en kwakers wegens tijdgebrek.  Dit is geen broedaflegger, maar een zesramer. In een groter volk zullen de bijen niet zo snel de overtollige doppen vernietigen, maar eerder afzwermen. En om dit te voorkomen, haal ik deze doppen er zelf uit voor de eerste koningin uitloopt. Om deze zesramer moerloos te maken, had ik twee ramen met de koningin uitgehaald en samen met een uitgewerkt raam en een voerraam apart gezet op mijn andere stand. Deze kunstzwerm is dus een zuivere reserve. De twee open plaatsen in de zesramer zijn vervangen door een raam met stuifmeel en een raam met eitjes uit mijn beste volk. Doppen op dit raam ga ik natuurlijk extra in de gaten houden.