31 januari 2018

Gisteren vlogen de bijen voor alle kasten. En ze vlogen alsof het half maart was. Alleen hun thuiskomst was anders. Slechts een enkele bij had stuifmeel bij. Felgeel van enkele krokusjes op 100 meter.

DSC_0116.jpg

DSC_0117.jpg

Ik heb ook even de hazelaars bekeken, maar die lossen nog maar weinig stuifmeel. Vermoedelijk is de luchtvochtigheid nog te hoog. Een droog windje hebben we nodig en dan zullen ze er wel aan beginnen. Bij de elzen en de esdoorns hetzelfde verhaal.

Vermits er voor volgende week weer koude wordt voorspeld met nachtvorst, gaan de bijen dan wel weer op tros. Toch zal ik dit weekend al terug controle doen op de voederhoeveelheid. Even door het plastic gluren of het pak bijna leeg is. En wellicht gaan de drie kasten zonder deeg er nu ook eentje nodig hebben. Na een weekje zacht weer hebben ze wellicht veel verbruikt, terwijl ze dan volgende week weer minder verbruiken. Het voer dient op voorhand te worden gegeven en niet tijdens of na een hongerperiode.

Als dit weer aanhoudt in februari verwacht ik binnen enkele weken de eerste dode larven op de vliegplank. Alleen met suikers kan een volk niet overleven. Voor de larven is er tevens behoefte aan eiwitten. Eiwitten van het stuifmeel. Hebben ze hier niet meer voldoende van, zullen ze een deel van het broed opgeven en niet meer verzorgen. Een gezond bijenvolk moet op deze manier abnormale periodes kunnen overleven. Het is slechts de imker die dan met een kleinere honingopbrengst dient tevreden te zijn. We houden de vinger aan de pols.