Zoals in een vorige post al is geschreven, ga ik deze winter nog enkele kasten bijmaken. De bodems en de deksels heb ik gekocht. Gisteren zijn de eerste vijf broedbakken en de eerste vijf honingzolders gemaakt. Vandaag heb ik ze geverfd. Althans de bakken in multiplex. De honingzolder en de broedbak in betonplex heb ik niet geverfd. Deze keer heb ik weer even gezocht in mijn oude verfvoorraad en een mooi roze tint gevonden om ze te verven. Een bijenstand met zeer veel verschillende kastkleuren heb ik steeds mooi gevonden. Veel mooier dan de uniforme rijen groene of bruine kasten. Het lijkt dan eerder op een bloemenveld tijdens de zomer. De vliegplanken worden wel allemaal in hetzelfde geel geverfd. Naar het schijnt is dat de kleur die de bijen het best onderscheiden. En als ze alle andere kleuren als grijs zouden zien, zullen het vast wel verschillende tinten grijs zijn. Ze zullen dan toch hun eigen kast beter kunnen herkennen.
De gekochte bleddens (afstandhouders voor de ramen) zijn voor 12 ramen in mijn Kempische kasten en in inox uitgevoerd. Ze worden dan niet aangevreten door het oxaalzuur en het mierenzuur. Als morgen de verf droog is, monteer ik nog kisthandvaten aan elke bak en dan kunnen ze gestockeerd worden tot april-mei.
De kast bestaat uit zes stukken plaat van 18mm. Twee enkele zijkanten en een dubbele voor- en achterwand. Hiervan is de binnenplaat iets lager om de raamoren in te leggen. Ik heb voor de ganse kast de bijenruimte exact aangehouden. Overal tussen de 6 en 9mm speling. Kleinere spleten worden dichtgeplakt door de bijen met propolis en grotere spleten worden dichtgebouwd met was. Met de kasten die ik vorig jaar zo had gemaakt,was zelfs beter te werken dan met de aangekochte segenbergers, waarin de bijenruimte veel minder juist werd aangehouden. Veel zuiverder en bijgevolg veel minder verklevende ramen in mijn Kempische kasten. De betonplaatuitvoering is wel de laatste. Deze is veel zwaarder dan de multiplexversie. Van de laatste stukken betonplex heb ik dan wel één stuk bewaard van elke maat. Drie maten voor de broedbak en drie maten voor de honingzolder. Met behulp van deze maten kan ik nu in een wip de houtcombiné instellen om enkele exacte replica’s te maken.
Vermits er nog enkele regendagen volgen, begin ik hierna aan de produktie van nieuwe raampjes. Ook hiervan bezit ik al van elke maat een mal om de machine sneller op de juiste maat in te stellen. Maar dit zijn toch wel vele meters latjes. Laat stellen dat ik 150 cm lat nodig heb voor de vier zijden van een raampje. En 12 ramen per broedbak. Voor de 16 nieuwe bakken die ik heb gepland, zijn dat dus nog 192 raampjes of 288 meter latjes met middengroef en voorgeboorde gaatjes voor de inoxdraad. Imkeren is toch een fantastisch tijdverdrijf!